top of page

Projectmatige natuurfotografie

Het werken in (korte of langere) projecten geeft je niet alleen een focus, maar levert vooral verdieping en dus variatie in jouw beelden op.

Als fotograaf met een voorliefde voor de natuur ben ik steeds op zoek naar onderwerpen waarmee ik me gedurende een langere periode kan bezighouden. De Limburgse natuurgebieden vormen hierbij vanwege de uitgebreide fauna en flora een haast onuitputtelijke inspiratiebron.

 

Na het ‘vinden’ van een geschikt onderwerp start ik eerst met vooronderzoek.

Om het onderwerp te kunnen lokaliseren is het natuurlijk van belang dat je eerst onderzoek doet naar de voorkeur voor wat betreft het leefgebied. Anders wordt het zoeken naar de spreekwoordelijke ‘speld in een hooiberg’ omdat veel plant- en diersoorten namelijk maar op een beperkt aantal, vaak geïsoleerde, locaties voorkomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan orchideeën en aan de Europese boomkikker

Vervolgens is het belangrijk om te achterhalen in welke periode het onderwerp (het beste) gefotografeerd kan worden. Het Vliegend hert, Nederlands grootste keversoort, leeft bijvoorbeeld maar gedurende een zeer beperkte periode van het jaar boven de grond. Buiten deze periode is deze kever absoluut niet te vinden.

Indien op basis van deze informatie de periode en de omgevingskarakteristieken zijn bepaald volgt, in het geval het een diersoort betreft, de zoektocht naar informatie over leefwijze en eetgewoonten. Hierbij is het in de eerste plaats natuurlijk van belang om te achterhalen tijdens welke periode van de dag een dier (het meest) actief is. Daarnaast kan de informatie over eetgewoonten helpen bij het lokaliseren van foerageergebieden.

 

Voor het zoeken naar de noodzakelijke informatie is internet natuurlijk een geweldig medium. Ervaring leert echter dat het goed is om gevonden informatie altijd te toetsen aan verschillende andere bronnen. Zelf gebruik ik hiervoor officiële onderzoeksrapporten die vaak op Internet beschikbaar zijn en hierbij een prima hulpmiddel vormen.

Door een gedegen vooronderzoek ben je als fotograaf in staat om de afhankelijkheid van de "geluksfactor" zoveel als mogelijk te beperken en kan de, vaak beperkt beschikbare, tijd volledig geïnvesteerd worden in observeren en fotograferen.


Omdat ik in de winterperiode minder actief bezig ben met fotograferen, gebruik ik deze periode veelal voor het lezen van berichten over flora en fauna en, zodra ik op basis hiervan een nieuw onderwerp geselecteerd heb, voor het vooronderzoek in dit kader.


2015: Het jaar van de Das
Aanleiding voor mijn eerste langlopende fotografieproject.
2015 Jaar van de das

Ik heb al een aantal jaren een focus op bijzondere diersoorten. Niet alleen bijzonder vanwege hun beperkte voorkomen, maar ook vanwege hun uiterlijk en/of gedragingen.

Toen ik eind 2014 dus de eerste berichten zag dat, op initiatief van de Zoogdiervereniging en de stichting Das & Boom, het jaar 2015 uitgeroepen was tot het Jaar van de Das, hoefde ik niet meer lang te zoeken naar een onderwerp.

 

Aangezien ik in een regio woon waar dankzij grote maatschappelijke inspanningen voor het behoud van deze diersoort de dassenpopulatie de laatste jaren flink is toegenomen en je, bij wijze van spreken, tijdens het wandelen in de natuur moet oppassen dat je niet in een dassenhol beland, kon ik mijn onderzoek beperken tot het lokaliseren van een bewoonde dassenburcht en het zoeken naar informatie over leefwijze en eetgewoonten.

 

En dan is het ‘gewoon’ een kwestie van geduldig wachten..............

 
De Das in Nederland

De Europese das (Meles meles), het grootste voorkomende landroofdier in Nederland, behoort tot de familie der marterachtigen en komt vooral voor op de hogere gronden in het oosten, zuiden en midden van het land. De meeste dassen komen voor op de Veluwe, in oostelijk Noord-Brabant en in Zuid-Limburg.

 

Rond 1900 leefden er naar schatting 12.000 dassen in Nederland, maar door vervolging was dat aantal in 1960 gedaald tot ongeveer 1.200.


Verspreiding van de das in Nederland
Verspreiding van de das in Nederland (bron Stichting Das&Boom)

In Zuid-Limburg was dit met name het gevolg van vervolging omdat tot 1960 dassenvlees en met name dassenvet enorm populair waren. Aan dassenvet werd een geneeskrachtige werking toegeschreven op allerlei mijnwerkerskwalen.

Als gevolg van de bescherming van de das groeit de populatie echter weer en op dit moment leven in Nederland naar schatting weer zo’n 7.000 exemplaren.


Uiterlijk en afmetingen
Juveniele das op grasveld

De das is herkenbaar aan zijn zwart-witte vacht, zijn brede witte kop met twee brede zwarte strepen en zijn zwaargebouwd gedrongen lichaam en witte staart. Aan zijn korte poten zitten stevige tenen met daaraan lange, gekromde nagels waarmee hij uitstekend kan graven.

Pasgeboren dassen zijn grijswit, met zijdeachtig haar bedekt en vaak zijn de donkere banden over de ogen al zichtbaar. Na enkele weken is hun vacht gelijk aan die van de volwassen dieren.

Met een lichaamslengte (kop-romp) van 65 tot 80 cm, staartlengte van 12 tot 19 cm en gewicht tussen 6,6 en 16,7 kg vormt de das een imposante verschijning. Het mannetje is iets zwaarder en forser gebouwd, heeft een bredere kop, een dikkere nek en soms een wigvormige staart. In de late zomer en herfst neemt het gewicht van een das flink toe, omdat de das dan een vetlaag opbouwt om de winter door te komen.

Leefgebied
Ingang van een dassenburcht
Ingang dassenburcht

De das leeft in allerlei soorten biotopen, maar heeft een voorkeur voor kleinschalig akker- en weidelandschap met verspreide bosjes, heggen en houtwallen. Naast voldoende dekking moet het leefgebied ook voorzien in een groot voedselaanbod.

Aangezien dassen in uitgebreide zelf gegraven holenstelsels (burchten) leven, moet de bodem daarnaast geschikt zijn om goed in te kunnen graven en dient de grondwaterstand minimaal 1,5 meter onder het maaiveld te liggen.


Leefwijze en voedsel
Dassenfamilie tijdens de avondwandeling

Overdag verblijft de das in een netwerk van ondergrondse tunnels. Deze zogenaamde burchten worden van generatie op generatie gebruikt en regelmatig uitgebreid waardoor een burcht soms een hele hectare kan beslaan. Normaal gesproken leeft in een burcht een familiegroep van 3 tot 4 dieren, maar onder gunstige omstandigheden wonen er soms tot 20 dassen in een burcht, waaronder één dominant mannetje.

Dassenfamilie tijdens de avondwandeling

Een burcht heeft meestal 3 tot 10 ingangen en bestaat uit holen die door lange gangen, van soms enkele honderden meters lang, met elkaar verbonden zijn. De gangen worden pijpen genoemd en de holen woonketels. Een woongedeelte is bekleed met droog gras, mos, bladeren, dennennaalden en varenloof dat regelmatig wordt vernieuwd. In droge nachten wordt dit in de omgeving verzameld en achterwaarts de burcht ingetrokken.

Rondom de burcht vormt zo'n dassenfamilie een territorium van doorgaans 30 tot 50 hectare waaruit andere dassen verdreven worden. De grootte van een territorium is afhankelijk van het voedselaanbod.

Dassenjong in het hoge gras

De das is een nachtdier dat in de schemering zijn burcht verlaat. Hij begint dan met het uitvoerig verkennen van de omgeving en het verzorgen van zijn vacht. Vervolgens schuifelt de das met zijn neus aan de grond in zijn territorium rond, op zoek naar langzaam bewegende prooien en plantaardig voedsel. De das is een opportunistische alleseter en een slechte jager die alles eet wat ze direct voor hun neus tegenkomen.

Door hun luidruchtige manier van foerageren ontsnapt vrijwel alles wat alert is. Ze eten daarom voornamelijk regenwormen die ze 's nachts in weilanden en open gebieden opsporen. Verder eten ze bosvruchten, gevallen fruit, noten, eikels, knollen, maïs, koren, paddenstoelen, knaagdieren, slakken, kevers en hommel- en wespenbroed.


Sporen
Dassenwissel
Dassenwissel

De aanwezigheid van een das in een gebied is te herkennen aan de vele typische sporen die hij achterlaat.

De loopsporen van de das hebben de vorm van een halvemaan, gevormd door de afdrukken van de 5 lange nagels aan de tenen van zijn voorpoten. Dassen lopen met een schommelende stap of draf. 

De das gebruikt bomen in de omgeving van de burcht als krabboom en als speelboom. Een krabboom wordt gebruikt om de nagels aan te slijpen. Als er jongen zijn, is er vaak ook een speelboom bij de burcht te vinden. Deze is duidelijk te herkennen omdat de bosbodem rondom deze boom is weggeveegd.

Dassenburchten zijn te herkennen aan de grote hoeveelheden zand en "gemorst" nestmateriaal, waardoor ze te onderscheiden zijn van vossenholen. Op de stortbergen bij een dassenburcht loopt vaak een geul en zijn dassenharen en loopsporen te vinden.

Dassenlatrine met uitwerpselen van een das
Dassenlatrine

Bij oudere burchten zijn vaak 20 tot 30 cm brede wissels tussen de holingangen en foerageergebieden te vinden.

Tenslotte graaft de das in de omgeving van de burcht 10 tot 15 cm diepe putjes (latrines) om zijn uitwerpselen in te deponeren. Indien er jongen in de burcht aanwezig zijn, zijn deze latrines vaak in de directe omgeving van een uitgang te vinden.


Bedreiging en bescherming

De das heeft geen natuurlijke vijanden.

Maar toen rond 1960 de hardhandige achtervolging van de das tot een einde kwam, lagen andere bedreigingen op de loer.

Verkeersbord Overstekende dassen

Naast een verlies van de leefgebieden van de dassen ten gevolge van de bevolkingstoename het verdwijnen van kleinschalig agrarisch landschap, eiste ook de uitbreiding van het wegennet zijn tol.

Momenteel sterven in Nederland jaarlijks nog steeds grote aantallen dassen in het verkeer ten gevolge van het dichte wegennet.

 

Door de maatschappelijke inspanningen voor het behoud van deze diersoort zijn de aantallen en verspreiding flink toegenomen. Naast locale herintroducties zorgen ook het creëren van open plekken in bossen, het bemesten van graslanden en het aanplanten van heggen en houtwallen voor geschikte leefgebieden, waarin de das voldoende voedsel vindt en zich veilig kan verplaatsen.

Daarnaast worden er op steeds meer plekken middels de aanleg van dassentunnels en het plaatsen van waarschuwingsborden maatregelen getroffen om het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen.

 

Wil je reageren op dit blog? Laat dan onder aan deze pagina jouw reactie (met jouw naam) achter!

183 weergaven2 opmerkingen

Gerelateerde posts

Alles weergeven

2 Comments

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating
Rated 5 out of 5 stars.

Inspirerende en informatieve blog aangevuld met mooie foto's.

Doet zin krijgen om zelf een project aan te vatten.

Like
Replying to

Dank je voor jouw reactie, Katrien.

Deze blog is inderdaad bedoeld om andere (natuur) fotografen te inspireren om ook eens aan de slag te gaan met een langer lopend project.

Like
bottom of page